achtergrond
Uitgangspunten
van acupunctuur
De 12 meridianen
Er zijn
twaalf hoofdmeridianen, die elk in verbinding staan met een orgaan in ons
lichaam.
De namen van de hoofdmeridianen corresponderen met de organen (bijvoorbeeld
de longmeridiaan, de maagmeridiaan, de levermeridiaan, etc.).
Op de meridianen bevinden zich de acupunctuurpunten, die elk hun eigen werking
hebben.
Qi
In de
acupunctuur wordt er van uitgegaan dat bij een gezond persoon een overvloed van
Qi (spreek uit als tjsie) of "levensenergie”door de meridianen van het lichaam
stroomt. Meridianen zijn een onzichtbaar netwerk van kanalen.
Acupunctuur
ondersteunt het vrij stromen van de Qi door de meridianen. Om verstoringen te
herstellen worden dunne naalden op bepaalde punten van de meridianen
ingebracht. Als de naald op het juiste punt is ingebracht en precies op de
juiste diepte zit, wordt het Qi-gevoel opgewekt.
Qi-balans is noodzakelijk voor groei, ontwikkeling, beweging, op temperatuur blijven, immuniteit en het reguleren van het hele lichaam. Voor de gezondheid en vitaliteit van lichaam en geest is het belangrijk dat de Qi vrij kan stromen door de meridianen en de organen. Het lichaam raakt in onbalans, is niet meer in harmonie als de stroom met Qi blokkeert of als er een tekort aan Qi is. Kwalen, pijn en ziekten zijn daarvan een gevolg.
Van zeer grote invloed is wat iemand eet en drinkt en hoe iemands levenswijze is. Bovendien beïnvloeden erfelijke eigenschappen de energieproductie. Zo heeft iedereen een andere energiehuishouding.
Yin en Yang
Een ander
uitgangspunt in de acupunctuur is dat een gezond mens een
goed evenwicht heeft tussen Yin en Yang.
Langdurige
verstoring van dit evenwicht kan leiden tot ziekten of klachten. Met
behulp van acupunctuur is het mogelijk om die balans te
herstellen.
Het Yin en Yang teken staan voor twee tegengestelde krachten. Deze twee krachten zijn een negatieve, donkere, schaduwkant (Yin) en een positieve, lichte, zonnige component (Yang). Alles om ons heen en binnenin ons zijn het resultaat van de wisselwerking van Yin en Yang. De witte stip in het zwarte deel van het Yin-Yangteken en de zwarte stip in het witte deel geven aan dat iets nooit helemaal Yin of helemaal Yang is.
Vijf elementen
Naast het Yin-Yang beginsel kent het traditionele Chinese denken nog een ander basisprincipe: de Vijf Elementenleer. De Chinezen hanteren vijf seizoenen, namelijk onze vier seizoenen en de nazomer. Elk seizoen is verbonden aan een 'element': Vuur (zomer), Aarde (nazomer), Metaal (herfst), Water (winter) en Hout (lente). In de Yin-Yang theorie zijn lente en zomer Yang (veel energie) en herfst en winter Yin (weinig energie). De nazomer (aarde) staat in het midden. Het sluit de groei van lente en zomer af en luidt de rust van de winter in. De elementen corresponderen met de organen in het menselijk lichaam.